Oraties Anneke M. Smelik


Oraties Anneke M. Smelik

Zwemmen in het asfalt. Het behagen in de visuele cultuur

Samenvatting oratie: Smelik

Het begrip 'visuele cultuur' is de laatste jaren in opkomst als theoretisch gebied en als studierichting in Amerika en Engeland. In Nederland echter staat de studie naar visuele cultuur nog in de kinderschoenen. In de oratie wil ik het positieve potentieel van visuele cultuur naar voren halen, ook, of misschien wel juist, in zijn meer banale en commerciële verschijningsvormen. In engere zin versta ik onder visuele cultuur een cultuur waarin het beeld dominant is geworden ten opzichte van het woord. Van een schriftcultuur zijn wij sinds de uitvinding van fotografie, film, televisie, video, cd-rom en internet in rap tempo een beeldcultuur geworden. In bredere zin versta ik onder visuele cultuur een mondiale mediamaatschappij, waarin beeld, tekst en geluid integraal worden geproduceerd, gedistribueerd en geconsumeerd. Met voorbeelden uit reclame, science fiction film, videoclips, digitale fotografie en internetkunst breng ik het behagen in visuele cultuur onder de aandacht. Dit doe ik om pragmatische redenen, want we leven in een mediamaatschappij waaraan wij ons niet kunnen onttrekken. Als visuele cultuur ons voortdurend en overal omringt, 24 uur per dag, van de huiskamer en het kantoor tot op straat, dan lijkt het mij gezonder voor ons welzijn en ons humeur om te onderzoeken hoe dit een mogelijke bron kan zijn van behagen.

De digitalisering van de huidige beeldcultuur verlegt in rap tempo de grenzen van de waarneming en van identificatie. Daarmee worden ook de grenzen van behagen in de visuele cultuur verlegd. Sterker nog, vermoedelijk roepen de beelden vaak een gevoel van onbehagen op. Daarom is het van belang om a) systematisch aandacht te schenken aan visuele geletterdheid en b) te zoeken naar nieuwe betekenissen en zelfs nieuwe waarden in deze beelden. In Nederland ontbreekt het nagenoeg aan systematische aandacht voor 'visuele geletterdheid'. De late komst van film- en televisiewetenschap aan de Nederlandse universiteiten, gekoppeld aan een elitair aandoend dédain voor visuele media bij beleidsambtenaren in diverse overheidsorganen, heeft het ernstige gevolg dat in het lagere, middelbare en hogere onderwijs weinig aandacht wordt geschonken aan media-educatie.

Terwijl kinderen moeizaam een taal leren spreken, op school leren lezen en schrijven, poëzie en proza leren analyseren, leren zij nooit hoe het complexe medium van film en televisie in elkaar steekt. Vanaf Teletubby leeftijd kijken zij dagelijks televisie, maar leren niets over genres, de opbouw van een nieuwsitem, de structuur van een film, de cameravoering in reclame of montage in videoclips. Eindeloos spelen zij computer games, maar nooit leren zij hoe interactiviteit de verhalende structuur beïnvloedt of hoe personages in games zich verhouden tot personages in films. En hebben kinderen enig idee van de effecten van branding door middel van logo's in een geglobaliseerde wereld?

Visuele geletterdheid is hard nodig in de beeldcultuur waarin wij leven.
In de oratie laat ik gedigitaliseerde beelden zien van dolfijnen die zwemmen in het asfalt (reclame), van een razendsnelle reis door een tunnel naar cyberspace (science fiction film en videoclips); en van mens/machines (cyborgs in digitale fotografie, internetkunst en videoclips). In de visuele cultuur zijn representaties van het menselijk gelaat en het menselijk lichaam volledig doortrokken van technologie. In culturele termen zijn het magische beelden die dan ook zowel angst als verlangen oproepen. Angst voor verlies van het zelf en van de identiteit zoals we die kennen, maar ook het verlangen om dat zelf los te laten en nieuwe identiteiten te kunnen onderzoeken. Juist omdat de beelden zijn losgezongen van realistische conventies, kunnen ze een bron van inspiratie vormen in onze benadering van de technocultuur van vandaag. Want met de secularisatie van het beeld, doet een seculiere vorm van spiritualiteit haar intrede in de digitale revolutie. Naast de auto kunnen de dolfijnen in het asfalt zwemmen. De tunnel brengt ons in het lichaam en in cyberspace. In de identificatie met gedigitaliseerde gezichten realiseren we ons hoe innig we verbonden zijn met technologie. Het gesimuleerde beeld stimuleert de kijker uit te stijgen boven de afgezaagde werkelijkheid. Het roept ons op nieuwe vormen van behagen te vinden. De duikende dolfijnen, de tocht door de tunnel, of de schoonheid van het gedigitaliseerde gelaat, tillen ons, al is het maar voor eventjes, over de banaliteit van het dagelijks leven heen.

De tekst is als PDF-file te downloaden van website: Anneke Smelik, doorklikken op Publications en dan op Books.